dinsdag 28 februari 2012

Mademoiselle, mejuffrouw, mevrouw



Franse 'mademoiselle' verdwijnt

Campagne tegen het gebruik van 'mademoiselle'Campagne tegen het gebruik van 'mademoiselle'Mademoiselle: La case en trop
De Franse overheid heeft de aanspreektitel 'mademoiselle' voor niet-getrouwde vrouwen laten schrappen uit alle officiële brieven en formulieren. Dat betekent een overwinning voor Franse feministen, die al lange tijd campagne voeren tegen het woord.
Bron: NOS nieuws.




 Mevrouw
‘Ik heb een nieuw vriendinnetje bij het zwemmen.’
   Ook mijn jongste dochter zit sinds kort in de race voor het behalen van haar twee zwemdiploma’s.
   ‘Oh ja, hoe heet ze?’ vraag ik belangstellend.
   ‘Ik weet het niet meer. Haar laatste naam is in ieder geval Mevrouw.’ 
   Eerst moet ik lachen. Niet te hard want dan wordt ik ervan beschuldigd dat ik haar uitlach. Daar is ze nogal gevoelig voor heb ik gemerkt.
   Het wordt tijd haar wat bij te brengen over aanspreektitels, voor- en achternamen. Terwijl ik de auto richting het zwembad loods, hijs ik me weer in mijn geheel uit de mouw geschudde didactische rol. Ondanks dat ik daar vrij goed in ben – aan mij is een onderwijzeres verloren gegaan -, is mijn jongste dochter daar niet van gecharmeerd. Omdat ze achter in het autostoeltje zit, kan ik niet van haar gezicht aflezen hoe groot haar interesse voor het onderwerp is. Ze luistert, dat in ieder geval wel. Dat is het hoogst haalbare. Als ze het echt heel interessant of leuk vindt, volgen er vragen maar die blijven uit. Ik ben al blij dat ik niet weer helemaal voor niets in de ruimte heb zitten lullen.   
   ‘Mevrouw past nog niet voor een klein meisje,’ voeg ik er voor alle duidelijkheid nog aan toe.
   ‘Jij bent een mevrouw,’ merkt ze op.

Hoewel ik al sinds een jaar of vijf - of tien- spontaan door allerlei winkelpersoneel en andere vreemden met mevrouw wordt aangesproken – vooral in het begin een ontnuchterende ervaring kan ik vertellen - klopt dit niet helemaal. Oké, ik onderteken ook met mevrouw onder bepaalde e-mails en onder de ziekteverzuimbrieven van mijn kinderen voor school of noem mezelf zo wel eens door de telefoon, maar telkens als ik dat doe heb ik het gevoel dat ik de boel bedonder. Ik lijd aan een mevrouwenschuldcomplex.
   Een mevrouw ben je pas als je getrouwd bent, of getrouwd geweest en weer gescheiden. Zo heb ik het geleerd. Maar ik heb alleen samengewoond met een man, zonder de voor het mevrouwschap benodigde papieren. Nooit heb ik de ring der ringen aan mijn vinger geschoven gekregen. Dit klinkt dramatischer dan het is want ik was degene die dit waarmerk niet aan mijn vinger wilde hebben. Volgens mij krijg je dikke vingers van zo’n knellende ring. En als ie er eenmaal om zit gaat ie er niet zo maar weer af. Vooral niet omdat de ring niet meegroeit en zijn strakke vorm behoudt in tegenstelling tot het lijf dat zijn vaste vorm in de loop der jaren steeds meer verliest.    
   Officieel ben ik dan ook geen mevrouw maar een mejuffrouw. Het hoge woord is eruit. Mejuffrouw van Halder. Dat ‘mejuffrouw’ roept op de een of andere manier weerstand bij me op. Het vervult met schaamte. Omdat het aanduidt dat je de boot hebt gemist en onvrijwillig vrijgezel bent gebleven. Geen man, geen kinderen, geen eigen huis. Deze gedachten zijn de erfenis uit mijn jeugd. De mejuffrouwen die ik me herinner uit die tijd waren stijve oude vrijsters die nog bij hun ouders inwoonden en door hen verzorgd werden. Waarbij later de rollen zich omdraaiden en de mejuffrouwen de ouders verzorgden. Een zeer onzalig idee voor de meeste vrouwen, en ook voor mij.
   Dan heeft het Engels het beter voor elkaar. Daar heb je naast Mister, Misses ook MS. Niemand hoeft aan de aanspreektitel te zien of je gehuwd bent of ongehuwd. Waarom is het trouwens ongehuwd? Dat maakt van gehuwd zijn meteen de standaard. Vrijgezel. Ook een woord waar een luchtje aan zit als je het mij vraagt.
    In het Engels bestaat een mooie term: given.  Dat lees ik wel eens op sociale mediasites, bij de personalia. Het betekent dat die persoon bezet is, al een geliefde heeft. Weggegeven in het Nederlands. Door wie en aan wie, vraag ik me dan af. En wat is het tegenovergestelde? Not given, ungiven? 

Ook als ik een officiële mevrouw wil worden, moet ik op het internet zijn. Niet meer in een café, bar, sauna, supermarkt, tankstation of in de trein. Nee, in de vergaarbak van datingsites. Daar heb ik ook de vader van mijn dochter leren kennen. In de grote vijver – there is plenty of fish in the sea -  waarin hengels, draad en aas zich in elkaar verknopen om de grootste vis binnen te halen.
    Mijn dochter wil graag een mevrouw worden later. Net zoals ze te kennen geeft: “Als ik later moeder ben wil ik geen kinderen hoor.”  De grotemensenwereld betreedt ze enerzijds via navolging en anderzijds al via een stukje eigen weg. Zoals haar moeder het doet en zoals ze het zelf graag wil. Ze heeft gelukkig nog heel wat jaren om erachter te komen wat het nu precies gaat worden.

Zelf ben ik er ook nog altijd niet uit trouwens. Ik weet niet of ik nog ooit wil trouwen. Als het me overkomt, ja dan is het er gewoon. Maar het is steeds meer dat je ernaar op zoek moet gaan en er moeite voor moet doen. De dingen lopen niet meer op rolletjes maar op stroeve matten lijkt wel. Geen man overboord. Ik hoef niet meer zo nodig. Iemand noemde dit selfdefence. Niet toe willen geven waar je hevig naar verlangt. Zou dat het zijn? En waar verlang ik dan nog meer hevig naar waar ik niet ronduit voor uit durf te komen? Een boom met geld in de tuin, een groot energieneutraal huis met goede zuivere tuingrond erachter, een leven met permanente oppas, een auto die me omgeeft en beschermd tegen de grote boze buitenwereld. Dat zou ik allemaal wel willen als de prijs daar niet zo hoog voor was. Het zou betekenen dat ik mezelf op allerlei fronten moet verkopen. Aan een man, een baas, aan ongewenst werk en onzeglijke werktijden. Aan een wereld die me misschien toch niet zoveel zegt dat ik er dat voor over heb. Laat mij lekker aanprutsen. Ik kan van kleine versprekingen van mijn dochter al een wereld van woorden te voorschijn toveren. Daar ben ik goed in.
   

Geen opmerkingen:

Een reactie posten